[Verhaal] The huntress

Hallo allemaal,

Dit is het eerste verhaal wat ik schrijf. En om gemotiveerd en geïnspireerd te blijven post ik het hier. Ik ontvang graag feedback over het werk.

Het verhaal is nog verre van af. Alleen in de grote lijnen weet ik waar het verhaal naar toe zal gaan. Ideeën, kritiek en complimenten zijn altijd welkom!

De titel is Engels, maar het verhaal wordt gewoon in het Nederlands geschreven. Waarom dan een Engelse titel? Omdat ik dit beter vind klinken dan ‘De jageres’.

Het zal wel een fantasy verhaal gaan worden.
Ik probeer regelmatig iets te posten, als er in elk geval weer een stuk af is.

Veel lees plezier! Ben benieuwd wat jullie er van vinden :slightly_smiling_face:

-PROLOOG-

Verschrikt kijk ik naar mijn handen, voeten, benen, borst en de rest van mijn lichaam wat ik maar kan zien, het is nog precies zoals vanmorgen, maar zo voelt het niet aan. Als verdoofd zak ik door mijn benen op de straat en begin te huilen en te schreeuwen, zo hard als mijn lichaam het toestaat.
De straten van Rotterdam zijn afgeladen met mensen. Al die mensen hebben zich hier verzameld, om te zien wat er is gebeurt. Nu wensen ze dat ze hier nooit naartoe zijn gekomen.

Ik hoor ze niet aankomen, maar ineens staan ze om me heen, tientallen politieagenten met geladen geweren die ze op mij richten. De eerste hoofdcommissaris zegt iets tegen me. Het zijn rustige woorden, maar ik kan hem niet verstaan. Mijn hoofd zit nog te vol met verwarring, woede en verdriet.
De hoofdcommissaris begint nu tegen me te schreeuwen. Door het geschreeuw komt mijn gedachtegang weer terug naar mijn omgeving. Ik kijk ik het rond, naar de personen die mij omsingelen.
Uiteindelijk vinden mijn ogen de man die mij toesprak, het is een reusachtige man, zeker 2 meter groot en een stalen blik op zijn gezicht. Zodra ik hem aankijk veranderd zijn blik. Hij is niet langer de geharde man die hij hoort te zijn, het lijkt nu alsof hij de dood in de ogen staart.

Voor mijn gevoel staren we een eeuwigheid in elkaars ogen, beide doodsbang, totdat er een klein meisje uit de menigte stapt en naar me toe loopt. Ze ziet er kalm en zelfverzekerd uit. Het meisje is een jaar of acht met een lieflijk wit kanten jurkje aan. Ze heeft lang witblond haar. Haar grote, heldere ogen zijn donkerblauw en kijken me doordringend aan .Als ik in haar ogen kijk voel ik een zweem van geborgenheid, maar ik blijf op mijn hoede.
Het politiekorps staat als verlamd naar het meisje te kijken. Niet alleen vanwege haar moedige karakter, maar ongetwijfeld ook vanwege haar engelachtige schoonheid.
Langzaam loopt ze met een glimlachje op haar mond naar me toe. Ze zakt door haar knieën en strekt haar armpje om met haar hand mijn gezicht aan te kunnen raken. Ik voel me als een wild dier wat gevangen is gezet, de blik in haar ogen is mijn kooi. Ik kruip zo ver mogelijk van haar weg zodat ze me niet aan kan raken. Ik ben bang, maar tegelijkertijd ook nieuwsgierig naar dit vreemde meisje.
‘Wees niet bang.’ fluistert het meisje sereen. Door haar fluistering raak ik in een trance, ik zie niet scherp meer, mijn gehoor is dof en al het gevoel wat door mijn lichaam stroomt voel ik verdoven. Terwijl mijn spieren zich ontspannen, proberen mijn hersenen alerter te worden.
Wanneer het meisje weer dichter naar mij toe loopt houd ik haar nauwlettend in de gaten. Ze steekt haar armen naar me uit en neemt mijn hoofd in haar handen. Als de warme huid van haar handen mijn koude wangen aanraakt gaat er een warm gevoel door me heen die vanaf mijn wangen langzaam uitbreiden over mijn gezicht, verder door mijn hoofd sijpelt en zo langzaam naar beneden kruipt door mijn hele lichaam heen. Zodra het warme gevoel zich over mijn hele lichaam heeft verspreid buigt ze haar hoofd naar voren en kust ze met haar zachte lippen mijn voorhoofd, precies tussen mijn wenkbrauwen in. De kus zorgt ervoor dat ik mijn gezichtsvermogen verlies en dat ik langzaam wegglijd uit mijn bewustzijn.

Goed geschreven

Dank je :slightly_smiling_face:

Ik ben benieuwd!

-HOOFDSTUK 1-

Mijn naam is Lenna, Lenna Tress. Ik ben een doodgewoon zestien jarig meisje. Ik woon in Rotterdam, ik zit in HAVO-4 en ik heb genoeg lieve vrienden. Mijn beste vriend in Chris Evans.
We hebben elkaar voor het eerst op de basisschool ontmoet, in groep één. Chris was net met zijn ouders vanuit Glendale, Californië naar Rotterdam toe verhuisd. Op de eerste dag van school werden we naast elkaar in de kring gezet en het eerste wat hem opviel aan mij waren mijn ogen. Daar is hij trouwens niet de enige in. Mijn ogen zijn egaal honingkleurig. Omdat Chris het Nederlandse woord voor honing niet kende, noemde hij me Honeybee. Hij zegt altijd dat mijn geklets hem altijd moet denken aan het zoemen van een bij. Alsof ik daar blij mee moet zijn.

Ik ben geadopteerd door Vera en Jaap de Wal, zij hebben mij vanaf mijn geboorte verzorgt. Mijn biologische moeder is overleden vlak nadat ik ben geboren, mijn vader heeft daarna zelfmoord gepleegd. Hij zou niet zonder mijn moeder kunnen leven. Aangezien er verder geen familie was, ben ik geadopteerd.

Vera en Jaap zijn echt geweldige ouders, ik kom niks te kort. Maar ik vraag me wel af wie mijn ouders waren. Het lijkt wel alsof ze geen vrienden hadden, of andere familie, of kennisen, of zelfs geen collega’s. Blijkbaar wisten ze in het ziekenhuis niet eens hun namen. Ik heb me er ondertussen bij neergelegd dat ik nooit iets te weten zal komen. We wonen met ons drieën in het roerige centrum van Rotterdam. Naar mijn idee veel te druk. Ik hou van rust en natuur.

Ik ben klein en mager, maar ik ben ook gespierd en sterk. Om mijn gedachten even uit dat drukke Rotterdam te kunnen halen sport ik veel. Ik vind het heerlijk om veel en hard te sporten. Maar als ik klaar ben met sporten dan lig ik graag lui op de bank voor de televisie met een grote zak chips op mijn schoot. En chocolade, en snoep, en een broodje hamburger. Ik hou van eten ja, mocht dat nog niet duidelijk zijn.

Ik ben iemand die eerst praat, en dan pas denkt. Niet altijd even slim, maar ik vind dat iedereen zo precies weet waar ze aan toe zijn bij mij. Niet iedereen vindt mij even aardig, maar ik vind ook niet iedereen aardig, dus dat scheelt weer.

Hobbies; eens denken. Ik denk dat dat neer komt op sporten en eten. Ik doe aan vechtkunsten, misschien beter bekend als martial arts. Zoals karakte, kung fu, worstelen, boksen. Dat soort dingen. En ik ben best goed. Om te trainen voor de vechtkunsten doe ik ook aan touwtje springen, yoga en dansen (vooral ballet). Touwtje springen is goed voor mijn uithoudingsvermogen, yoga voor balans en dansen voor de focus. Ik train bijna elke dag. Maandag vechtkunsten, dinsdag yoga, woensdag vechtkunsten, donderdag touwtje springen, vrijdag vechtkunsten en zaterdag dansen. Zondag is mijn absolute rust- relax- en ontspan dag. Tijd voor vrienden dus!

Ik volg; Het lijkt me ontzettend leuk! :grinning: Vooral de proloog vindt ik echt heel mooi en het maakt me vooral erg nieuwsgierig, dus wat mij betreft mag je ook gewoon meteen vertellen wie dat meisje is :wink:

Dank je wel!
Gaat allemaal nog komen, geduld :stuck_out_tongue:

haha schrijf nou maar gewoon snel door :upside_down_face:

Het heeft even een hele tijd geduurd (weinig inspiratie, veel werk, sociaal leven, etc.)
Maar er is een klein stukje af van hoofdstuk 2!

-HOOFDSTUK 2-

Ik ren, hard, heel hard. Zo hard als ik maar kan. Ik durf niet achterom te kijken om te zien wie, of misschien eerder wat, mij achtervolgd. Mijn conditie is erg goed, maar als ik zo door ren lig ik binnen vijf minuten als voor dood op de grond. Ik hoor mijn achtervolger langzaam dichterbij komen. Als ik heel even de tijd neem om te kijken waar ik überhaupt ren, om misschien een uitweg of een ontsnappingspunt te vinden, ontdek ik dat ik op een enorme grasvlakte ben. Geen bomen, rotsen, struiken, niks. Shit. Het enige wat ik nu kan doen is door rennen en hopen dat ik iets of iemand vind. Veel tijd heb ik alleen niet, want mijn achtervolger is nu minder dan twee honderd meter bij me vandaan. ‘Niet in paniek raken, niet in paniek raken, niet in paniek raken.’ denk ik bij mezelf. Misschien een afleidingsmanoeuvre? Of zal ik misschien sterk genoeg zijn om de achtervolger aan te kunnen? Ik lijk wel gek dat ik dat zelfs overweeg. Natuurlijk ben ik niet sterker, en een afleidingsmanoeuvre heeft hij natuurlijk door.
Net als ik de moed begin op te geven hoor ik geen voetstappen meer achter me. Van opluchting, schrik, of misschien wel angst stop ik met rennen. Ik concentreer mijn gehoor op mijn omgeving en mijn achtervolger. Het is muisstil. Het lijkt wel alsof mijn achtervolger plots verdwenen is. En hoewel ik het doodeng vind, wil ik zeker weten dat hij weg is. De enige manier om dat zeker te weten, is om te kijken. Ik neem heel even de tijd om mijn ademhaling weer wat te laten kalmeren en ik slik mijn angsten weg. Als ik me een beetje twijfelend om draai kijk ik in twee enorme honingkleurige ogen. De ogen houden mijn blik vast. Voor ik het weet hoor ik een grom en voel ik dat zijn klauwen zich diep in mijn vlees boren.

Nou dank je wel voor het uppje dan maar :slightly_smiling_face:
Had niet verwacht dat je hier dezelfde naam kan hebben, maar heb mijn naam even veranderd. Voor eventuele verwarring.

Wauw die prodoloog had me echt, ik volg zeker!

Met een gil schrik ik wakker, mijn handen zijn klam van het zweet en mijn ogen zijn betraand. Mijn handen zijn gevuist, waardoor mijn nagels in mijn handpalmen prikken. Verwilderd kijk ik om me heen op zoek naar de honingkleurige ogen, maar de enige ogen die ik vind zijn de bruine ogen met enorm lange wimpers van Chris. Hij houdt mijn hoofd in zijn handen en kijkt me bezorgd aan. Zodra mijn ademhaling wat gestabiliseerd is veegt Chris met zijn hand het zweet van mijn voorhoofd af.
‘Alweer?’ vraagt Chris me. ‘Alweer’ beaam ik.
Chris is mijn nachtmerries ondertussen wel gewend. Ze zijn vorig jaar op komen zetten en worden steeds heftiger. Eerst waren het alleen de honingkleurige ogen die mij achtervolgden, nu is het iets of iemand die mij achterna zit. En hoe hard ik ook ren, ik ren nooit snel genoeg. De achtervolger is mij altijd te snel of te slim af. Na een jaar weet ik nog steeds niet wie of wat mij achtervolgd. En hoewel ik een echte vechter ben, zegt mijn gevoel dat ik in dit geval beter kan vluchten.
Als ik op kijk zie ik dat ik niet thuis in slaap ben gevallen, maar dit keer midden in de les. De hele klas kijkt me met grote ogen aan. Zij zijn het duidelijk niet gewend van me. Ik sta op en probeer wankelend mijn evenwicht te hervinden. Chris ondersteund me terwijl ik het klaslokaal uit wil lopen. Mevrouw De Korte, onze docente wiskunde, staart me met open mond aan en laat me zonder opmerkingen of vragen de klas verlaten. Chris leidt me door de gangen heen naar de toiletten waar hij het flesje wat hij heeft meegenomen vult met water en geeft het aan me. Gulzig pak ik het flesje aan en drink het in een teug leeg. Ik krijg altijd zo een dorst van deze nachtmerries.
‘Honey…’ Ik voel dat er een andere sfeer tussen ons in hangt. Chris kijkt me barmhartig aan waardoor ik meteen weet dat er iets abnormaals is gebeurt.
‘Wat is er gebeurt?’ vraag ik Chris. Hij vermijdt oogcontact en het duurt me te lang voordat hij iets zegt. ‘Chris! Verdomme, wat is er aan de hand?’ Ik schreeuw de woorden er uit. Ik word boos op Chris, en bang voor wat er is gebeurt. Hij vertelt me altijd alles, dat hij nu niets zegt verontrust me. Door mijn uitbarsting kijkt Chris me nu wel aan.
‘J-je bent in slaap gevallen.’ Stamelt Chris.
‘Ja, dat weet ik. Ik was er zelf bij weet je nog?’ Werp ik fel terug.
‘Je had weer een nachtmerrie.’
‘Ja, dat weet ik ook. Ook daar was ik zelf bij.’
‘Jezus Honey! Je bent in de klas in slaap gevallen! Je valt alleen meer thuis in slaap, of bij op de bank.’ Chris begint zijn stem te verheffen en klinkt overstuur.
‘Is dat alles? Is iedereen van slag af, omdat ik in de klas in slaap ben gevallen?’
‘Nee. Niemand merkte dat jij in slaap was gevallen, zelfs ik niet. Tot je begon te grommen. Je klonk net een wild beest wat op jacht was, vlak voor de aanval.’
Met stomheid geslagen staar ik naar mijn beste vriend. Chris komt naar me toe gelopen en slaat zijn armen om me heen. Met zijn ene hand strijkt hij door mijn donker blonde haren, met zijn andere houdt hij mij stevig vast.

Meer graag :upside_down_face: