2.
Het is vrijdag. De dag voor de date met Dave. Millie fietst naar school. Ze luistert naar het liedje ‘All of me” van John Legend en denkt voortdurend aan Dave. Doordat ze zo vrolijk is fietst ze heel hard en is ze ruim op tijd op school. Ze zet haar fiets weg en gaat dan op het ‘rokersbankje’ zitten. Ze pakt haar sigaretten uit haar tas en steekt er een op. Ze kijkt naar haar whatsapp-gesprek met Dave. Hij reageert de laatste tijd wel een beetje kortaf. Ze klikt op zijn profielfoto. Wat is hij toch knap. Ze hoort de bel gaan, en gaat naar binnen.
Het eerste uur heeft ze Frans. Ze kijkt nog een keer naar het whatsapp-gesprek met Dave. Het laatste berichtje wat hij heeft gestuurd, heeft hij genegeerd. Ze kan echt niet wachten tot morgen. Dan gaat de tweede bel, dus de les gaat beginnen. De tafel naast Millie is leeg gebleven, Rianne is er niet. Millie denkt ineens weer aan gisteren, toen Rianne met meneer Olsters wegfietste. Zou ze er daarom nu niet zijn? “Millie weet jij soms waar Rianne is?” vraagt de lerares van Frans. “Nee, moet ik haar anders even bellen?” zegt ze met een bezorgd gezicht. Millie mag gaan bellen, dus loopt ze naar de gang. Ze krijgt Rianne aan de lijn.
“Millie… kom me nu helpen! Ik heb eh… ik…”
-“Rianne, ik weet wat je hebt gedaan. Eigenlijk zou ik je niet moeten helpen, want ik heb je al vaak genoeg gewaarschuwd.
“Ja prima, maar kom alsjeblieft! Ik heb je hulp echt hard nodig!”
-“Ik zeg niet dat ik kom, maar waar ben je?”
“Ik zit in de oude loods achter de haven, en kom alsjeblieft!”
Millie hangt op. Wat moet ik nou weer doen zeg. Ze loopt weer de klas binnen, en de lerares kijkt haar hoopvol aan. “Mevrouw, ik eh… ik voel me niet zo lekker. Kan ik me ziekmelden?” Ze krijgt een ‘ja’ terug, en Millie rent haastig naar haar fiets toe en fietst richting de haven.