[Verhaal] Amnesia.

Hee meiden,
ik heb geen freaking idee waar ik mee bezig ben,
aangezien ik mijn verhaaltjes voor mijzelf houd ivm baggerinhoud.
Maar ach, let’s give it a try!

Amnesia.

Als de achttienjarige Marley wakker wordt uit een coma waarin ze zich drie weken bevond, zit ze vol raadsels. Ze kan zich niet meer herinneren wat er voorgevallen is, tot haar beste vriend Joey haar meeneemt naar vertrouwde plekken. Als na een tijdje de puzzelstukjes grotendeels in elkaar passen, wordt ze achterdochtig. Waarom weet helemaal niemand van het ongeluk af? Is Joey wel de vriend die ze dacht dat hij was?

Hoofdstuk 1. We are strangers with memories

Boem. Boem. Boem.
Pijnlijke scheuten verspreiden zich door Marley’s hoofd als bliksemschichten.
Langzaam opent ze haar ogen, maar sluit ze weer als de witte heldere flits de scheuten doet versnellen.
Boem. Boem. Boem. Boem.
Het lijkt alsof haar hersenen nu pas beginnen te werken. Het doffe gevoel in haar hoofd verdwijnt naar de achtergrond en de geluiden en geuren worden steeds duidelijker.
In de naar rozen geurende kamer is het stil, op haar hevige ademhaling na. Marley hoort mensen mompelen en weet dat ze niet alleen in het gebouw is.
Voorzichtig probeert ze langzaam haar ogen weer te openen. Het voelt alsof ze in duizenden zonnen tegelijkertijd kijkt, maar de pijn wordt steeds draagbaarder.

De rode rozen steken fel af bij het witte interieur van de kamer. Na enig observeren komt Marley tot de conclusie dat ze in een ziekenhuiskamer ligt.
Ze weet niet wat er gebeurd is, maar door de doffe pijn en alle indrukken is ze niet in staat hier over na te denken.
De half omgeslagen dekens trekt ze om zich heen, waarna ze terug in een diepe slaap zakt.

Ja het is een klein stukje, maar er komt meer aan als er animo voor is :'D

hier! animo! joehoe! Ik houd van zulke verhalen! ben heel benieuwd!

Awh dankjewel voor je lieve reactie :grinning:

Hoofdstuk 1.2
Zachte tikken laten Marley’s ijskoude wangen gloeien.
‘Goedemiddag mevrouw janssen, bent u bij ons?’ de warme, vrouwelijke klanken laten haar wakker worden uit haar roes.
‘ja,’ fluistert ze amper hoorbaar. ‘Waarom ben ik hier, kan ik mijn oma spreken?’
De gedachten aan haar moeder zijn niet te vermijden, waardoor tranen zich opkroppen in de linkerhoeken van haar ijsblauwe ogen. In vijf eenzame jaren was Marley wel gewend geraakt aan het leven zonder ouders, maar aan het gemis zou ze nooit wennen. Sinds de dag dat haar moeder verdronken was, heeft haar oma de zorg op zich genomen. Oma Dee had Marley als kind alles gegeven wat ze nodig had, waarbij ze haar nu als jongvolwassene los begint te laten.
De gedachtenspinsels worden onderbroken door de vragende ogen van de elegante, blonde verpleegster. Ze strijkt met haar warme handen over de koude wangen van marley en schenkt haar een warme glimlach toe.
‘Noem mij maar Jess,’ zegt ze met een glimlach op haar gezicht. ‘Morgen zal je je oma kunnen zien, maar vandaag heeft het ziekenhuis het plan opgezet om eerst met je door te nemen wat er gebeurd is en wat de blijvende schade is van het ongeluk.
‘Ongeluk?!’ Marley schiet omhoog en kijkt paniekerig naar Jess.
‘Rustig maar, ik pak een glaasje water en dan leg ik het uit,’ zegt Jess terwijl ze naar het kleine, grauwe keukentje loopt.

‘Drie weken geleden heb je een auto-ongeluk gehad. De toedracht tot het incident is niet duidelijk. Je zat beklemd in een donkerblauwe Sedan die tegen een boom aan was geknald. De klap van de airbag was zo hard, dat je een subduraal hematoom opliep, ofwel een hersenbloeding. Het zag er slecht uit, vooral toen je tijdens de spoedoperatie in een coma gleed. Na twee weken hadden we je eigenlijk opgegeven, maar je bent een bikkeltje hoor!’ zegt Jess glimlachend.
‘Vandaag willen we een paar hersenscans doen, om te kijken of de hematoom geen hersendelen heeft dichtgeslibd. Verder gaan we een paar testjes doen om te kijken of je spieren nog goed werken, maar dit wordt nog duidelijk aan je uitgelegd.
Ik snap dat dit allemaal heel indrukwekkend voor je is, daarom mag je nu eerst even rustig ontbijten,’ vervolgt ze met een knipoog.

Oeh leuk geschreven :slightly_smiling_face:
Telkens als ik de titel zie dan speelt in m’n hoofd het liedje van 5sos af. Damn me.

Dankjeweel :grinning:
Hahaha ja daar heb ik hem ook deels van :smirk:

Ik ben heel heel heel slecht in volgen
maar
ik ga m’n best doen

hihihih

Haha yay, dankjewel :grinning:

Ik volg! :slightly_smiling_face:

De kleine samenvatting in de bp deed me heeel erg denken aan een verhaal dat Ice hier ooit gepost heeĺft, (ik weet de titel niet meer precies maar iets als ‘vast in een web van leugens’) maar je verhaal lijkt er verder totaal niet op en hij is leuk en interessant dus ik volg ook (:

Aaah leuk meiden!
Psychedelic, je bedoelt ‘gevangen in een web van leugens’!
Heb dat verhaal gevolgd, vond hem zo goed!
Maar ik kan je verzekeren dat het er verder helemaal niet op lijkt :grinning:
Nieuw stukje is in de maak!

^
Jaaa, dat was het ja. Nou ik ben benieuwd (:

Ik volg ook :grinning:

Yess, leuk!!

Hoofdstuk 1.3
Twee dagen in het witte kamertje zijn voorbij gegaan. De rode rozen hebben in de tussentijd een verdorde bruine kleur gekregen en zijn steeds slapper gaan hangen. De scans zijn een routine geworden waarbij Marley intussen elk kamertje in dit saaie, benauwde ziekenhuis kan vinden. Het bezoek van oma Dee was heel fijn, emotioneel en confronterend. Na uren te hebben gepraat, geknuffeld en gehuild, moest ze afscheid nemen waarna ze weer eenzaam achterbleef. Jess is een grote hulp, naast de lichamelijke verzorging fungeert ze ook goed als luisterend oor. Ondanks dat Marley gisteren te horen had gekregen dat alle testjes naar behoren zijn gegaan, moet ze nog minimaal een week ter controle blijven.
Vandaag moest anders zijn. Marley kan de gedachte van nog een week hier liggen en zappen naar vreselijk saaie zenders niet verkroppen.
Ze slaakt een zucht en kijkt geïrriteerd naar Jess.
‘Ik weet het meisje, het is niet makkelijk,’ zegt ze met een medelevende toon.
‘Zullen we een potje scrabbelen of, of monopolie! Dat is toch zo’n nostalgisch spel, ‘ vervolgt ze opgewekt haar verhaal.
‘Jess, stop! Ik wéét dat je het goed bedoelt, maar ik heb geen zin in een potje monopoly. Mijn leeftijdsgenoten gaan lekker op vakantie met vrienden, drinken tequila’s aan de bar en gaan shoppen in de stad! Ik zit híer, ik weet niet wat er gebeurd is en erger me dood aan de leegte hier!’ zegt Marley met een gefrustreerde toon.
‘Ik begrijp het meid.’ Jess zucht en slaat haar ogen neer. ‘Ik zal je wel even met rust laten.’
Als Jess de kamer verlaat, wordt Marley overvallen met een schuldgevoel.
‘Het komt allemaal goed, nog maar een paar nachtjes,’ fluistert ze zichzelf toe tot ze weer in een diepe slaap zinkt.

Marley wordt wakker van een geritsel dat duidelijk hoorbaar is in het kamertje. Na het slaken van een kreun, draait ze zich op haar zij om verder te slapen, niet de moeite nemend om haar ogen te openen.
Net als ze weer bijna in slaap valt, hoort ze het geritsel weer. Het klinkt dichtbij, alsof er iemand bij haar is. Ze opent haar ogen, maar er is niemand in het kamertje zichtbaar.
Ben ik nou gek aan het worden? vraagt ze zichzelf af. Na enig observeren komt ze dan toch tot de conclusie dat ze inderdaad gek wordt, er is immers niemand aanwezig.
Als ze dan nog een keer het geritsel hoort, blijft ze stokstijf liggen met haar ogen wijd geopend.
‘Wie is daar?’ zegt ze met een trillende stem.
Vanuit het gordijn dat het bed met de keuken scheidt, vormt zich een schaduw van een jongen.
Dit is Jess niet! denkt Marley paniekerig.
Als de jongen van achter het gordijn naar Marley loopt, slaakt ze een gilletje.
‘Wie-wie ben je? Wat moet je van me?!’

Leuk!

Volgensmij komt joey daarachter vandaan haha.

Sorry, ik wil geen maniak lijken ofzo maar het is Monopoly…
Voor de rest leuk geschreven.

Ik volg:)

Gheghe :smirk:

haha thanks :grinning:
Ik zit nog veel te veel met mijn hersenen bij economie van afgelopen jaar :grinning_face_with_smiling_eyes:

Loopt die jongen niet naar Marley?

haha jawel,
oeps :'D

Leuk geschreven, ik volg!

Haha, maar leuk geschreven!