In een volle stad ben je nooit alleen. In de mensenmassa weet hij zijn weg gemakkelijk te vinden. Iedereen gaat voor hem aan de kant: een brede bodybuilder, met een tas in zijn hand. Hij knapt bijna uit zijn groene shirt met v-hals. Hij draagt een mooie spijkerbroek en heeft een pilotenbril op zijn neus. Hij is aantrekkelijk. Iedere vrouw wilt hem. Vooral in haar bed. Hij loopt over straat. Je zou zeggen dat hij een goede baan heeft, vast een eigenaar van iets is of in de sportschool werkt. Maar niets is minder waar. Hij loopt naar de MacDonalds en gaat via de personeelsingang naar binnen. Hij trekt zijn bedrijfskleren aan en klokt in.
“Goeiemorgen” begroet hij zijn collega’s. Hij wordt terug gegroet. Het is een nine-to-five job. Niks geweldigs, maar het moet maar. Hij zucht als hij naar de counters loopt en in de zaak al een aantal mensen ziet eten. Hij begrijpt niet dat mensen zichzelf kunnen volstoppen met junk food dat bestaat uit nep spul, laat staan dat mensen daarmee kunnen ontbijten.
Wat hij niet weet, is dat zijn leven na vandaag, anders zou zijn. Nooit meer hetzelfde. Van negen uur in de ochtend die dag, tot half drie, kijkt hij toe. Het is alsof zijn gedachten worden uitgezet en hij niet meer helder kan nadenken. Het enige waar hij aan denkt zijn het aantal calorieën dat hij voor zijn avondeten mag hebben. Alles wat hij doet in zijn leven, staat vast. Werken, zijn eten, naar de sportschool gaan en de training die hij doet.
Tot de dag een andere wending neemt. In de MacDonalds begint een groepje jongens te vechten. “Flikker!” “Klootzak!” “Het is mijn meisje, jij moet van haar afblijven!” “Ze vond het anders heerlijk!” “Jij, achterlijke klapviool!” Terwijl er geschreeuwd wordt, onderneemt Adam actie. Hij loopt naar de twee vechtende jongens toe. Eentje rent weg. Hij tilt de ander op en rent achter de weglopende jongen aan. Eenmaal buiten zet hij de jongen die hij heeft opgetild neer. “Opzouten!” riep hij. Daarna rent hij achter de andere jongen aan, die voor zijn leven rent. Adam had hem bijna te pakken, tot hij tegen een jongedame opbotst en op haar valt. Of eigenlijk, beter gezegd, voor haar valt.