Ik heb morgen een pw Latijn en dit heb ik dus opgekregen
nominativus , onderwerp en naamwoordelijke gezegde -
genitivus, ‘van’ -
dativus : meewerkend voorwerp , possesivus ‘aan mij is’ , aanvulling bij werkwoord -
accusativus: lijdend voorwerp en voorzetel -
ablativus: voorzetsel -
Kan iemand ff voorbeelden en uitleggen geven snap het niet
Hij is mooi. Hij en mooi staan allebei in de nominativus want hij is het onderwerp en mooi is het naamwoordelijk deel van het gezegde.
De moeder gaf het cadeau van ons aan hem op het strand.
De moeder is het onderwerp dus nominativus
het cadeau is het lijdend voorwerp dus accusativus
van ons: dan staat ons in genitivus
aan hem: meewerkend voorwerp dus is de dativus
op het strand: bepaling van plaats dus in de ablativus
‘van’ en ‘aan’ zullen in het latijn waarschijnlijk niet opgeschreven worden omdat dat er automatisch bij komt als je de dativus of de genitivus hebt
Dankje
Maar ik heb ook nog een vraag over het perfectum, imperfectum en preasens
Hoe weet je wanneer het perfectum, impefectum of praesens is?
praesens is tegenwoordige tijd en ehm…
shit! Ik ga mijn kennis van Latijn echt vergeten na drie jaar.
Maar je hebt als het goed is toch wel een boek waar het in wordt uitgelegd?
Ik heb morgen ook pw latijn :dry: Ik moet precies het zelfde leren… Ik zit in de eerste
@lalalaloveee
Kan je mij het uitleggen, als we toch zelfde stof hebben
wat voor methode heb je? En waarom kijk je er pas het laatste moment naar?
Praesens is tegenwoordige tijd, zoals ‘ik roep’ en dat is de stam van het werkwoord (hele ww - re) met de uitgangen ostmustisnt (haha, zo leerde ik het altijd maar het is dus o, s, t, mus, tis, nt).
Imperfectum is verleden tijd met de praesensstam, dan -ba of -eba (-ba bij a-stam en e-stam en -eba bij i-stam en mk-stam) en daarna de uitgangen m, s, t, mus, tis, nt. Dat is trouwens op volgorde van 1ste, 2de en 3de persoon ev en daarna mv, beetje logisch.
Perfectum is ook verleden tijd. Dat is praesensstam met bij de a-stam en i-stam een v erachter en dan de uitgang. Bij de andere stammen is het onregelmatig, dus moet je uit je hoofd leren (vaak is het een s of x bij de mk-stam en een u bij de e-stam). Daarna komen de uitgangen: -i, -isti, -it, -imus, -istis, -erunt.
Je herkent het dus aan de uitgangen, ik hoop echt dat het een beetje duidelijk was, ik ben namelijk niet echt goed in dingen uitleggen :g
Ik weet het nog wel allemaal omdat ik het pas nog allemaal weer moest leren (ik zit in de 3de)
Als je nog vragen hebt, laat het even weten c:
@xbookloverx bedankt voor je uitleg!
de rijtjes kende ik inderdaad alleen wist ik niet wat bij wat en hoe
Door jou snap ik het
je kan goed uitleggen
Praesens : ik roep
Imperfectum: ik riep
Perfectum: ik heb geroepen/ik riep
Het wordt nog zo moeilijk
En ablativus is volgens mij niet alleen bij voorzetsel, maar ook bij bijwoordelijke bepaling toch? Dus de antwoorden op de vragen waarmee, waarom, wanneer, waarbij etc.
[font=Verdana]
Inderdaad haha
@Aliquis bedankt !!!
Nu weet ik ook hoe ik moet vertalen
idd , was de bijwoordelijke bepaling vergeten
@justmuselfx dankjewell en graag gedaan!
Veel succes met je pw trouwens!
@xbookloverx
graag gedaan , bedankt
[quote author=Aliquis link=topic=296313.msg274877355#msg274877355 date=1394985251]
Inderdaad haha
[/quote
Hahaha wacht maar tot de zesde inderdaad!
Maar wel even iets. Waarom vraag je dit allemaal, ik bedoel sorry maar de nominativus leer je echt in les 1…?