Hey allemaal!
Een tijdje geleden heb ik dit korte verhaal geschreven voor een wedstrijd (helaas niet gewonnen). Ben benieuwd wat jullie vinden!
------------------------------------------------------------------------------------------
De Spiegel
Giechelen, het enige wat ze deden. Ik stond in een hoekje van de ruimte, een groep was hun dans aan het opvoeren en onze groep moest wachten. Al is onze misschien het verkeerde woord, aangezien ik hier stond en de andere meiden ver weg van mij. Ze keken me aan, met die angstaanjagend arrogante blik in hun ogen die extra geaccentueerd werd door de make-up, als we oogcontact kregen, zouden ze zich naar de groep omdraaien en ging het giechelen weer door. Ik wilde bij ze horen, ik wilde ook een van die prachtige, sierlijke zwanen zijn, maar ik wist niet hoe ze me zouden accepteren. ‘Dames en heren, een hartelijk applaus voor de Jazzhands!’ Hoorden we de presentator roepen, nu waren wij aan de beurt. Ik controleerde of mijn spitzen goed mijn voeten omvatten en ademde diep in en weer uit, dit was mijn moment, ik ging laten zien wat ik kon. Ik was klaar om het podium op te lopen toen ik een harde duw kreeg tegen mijn schouder, het was, hoe kan het ook anders, Lisanne en ze zei: ‘Marije, schat, dacht je echt dat je mee mocht dansen? Sorry liefje, maar je bent nog niet klaar voor onze groep, je bent nog maar een lelijk eendje en je zal niet zomaar uitgroeien tot een zwaan’. ‘Het is tijd voor de volgende groep; The Swinging Swan!’ Ze duwde me op de grond en ik voelde langzaam tranen opkomen. Ik krabbelde overeind en rende naar de kleedkamers, terwijl de rest luid lachend het podium op ging.
Aangekomen in de kleedkamer viel ik op mijn knieën neer voor de spiegel. Ik verborg mijn gezicht in mijn handen en huilde, ik huilde en huilde, de warme tranen mijn wangen strelend. Toen ik mezelf eindelijk weer bij elkaar had geraapt keek ik omhoog, in de spiegel. Vroeger zat een van mijn vriendinnen daar tegenover me, maar ik ben haar kwijtgeraakt, ze verdween gewoon. Nu zag ik daar een vreemd meisje, in een tutu, bruin opgestoken haar en grote zwarte vlekken onder haar felblauwe ogen, ik haatte haar, sinds zij er was ging alles fout, zelfs mijn grote passie voor dansen. Ineens hoorde ik wat achter me, ik keek om en het was een van de bewakers, een grote, oude man. Geschrokken stond ik op en streek ik een los plukje haar achter m’n oor. ‘Oh sorry, ik wilde je niet laten schrikken’, zei de man. ‘Ik sta hier pas net hoor’. Ik probeerde naar de man te lachen en zei: ‘Het is oké, geen zorgen’. De man keek naar m’n gezicht, waaraan nog duidelijk te zien was dat ik had gehuild. Er viel een pijnlijke stilte, totdat de man zei: ‘Weet je, als je wil dat die meiden je vriendinnen worden, zal je eerst bevriend met jezelf moeten zijn’. Toen liep hij weer weg. Ik draaide me weer om naar de spiegel, ‘Bevriend met mezelf’, fluisterde ik. Ik legde mijn hand op de spiegel. Dit was ik, dit was Marije. Een voorzichtig lachje verscheen op het gezicht van het meisje in de spiegel en ze zei: ‘Je verdient beter dan hen, weet je dat?’ Ik glimlachte en knikte. Ze was er al die tijd geweest, ze was nooit verdwenen, de vriendschap was alleen vervaagd. Het meisje en ik keken elkaar lang in de ogen en ik zei: ‘Welkom terug, vriendin’.