Het is heel simpel:
Zeg iets wat gebeurd had kunnen zijn, degene onder je raadt of het echt gebeurd is in je leven of niet.
Dus Piet heeft in bed gepoept vannacht.
Piet: Ik heb vannacht in bed gepoept.
Klaas: Niet gebeurd en zegt dan iets nieuws.
Je mag altijd reageren om te zeggen of het inderdaad is gebeurd of niet.
Ik heb mijn haar zo vaak geverfd dat ik het helemaal af moest knippen.