03 – Gwendolyn
Ik voelde dat een stukje huid niet bedekt was en trok de lakens nog wat strakker om me heen. Ik lag te bibberen, en het was niet eens koud buiten. Welnee, het is zo’n twintig graden melde mijn wekkerradio zo’n tien minuten geleden. Ik zucht diep uit en opende toen toch maar voorzichtig mijn ogen. Het eerste was ik zag was mijn moeder. Geschrokken en opeens helemaal wakker ging ik recht op zitten.
‘Mam,’ stamelde ik. Mijn moeder keek teleurgesteld.
‘Hoor jij niet op school te zitten?’ ze wierp een blik op de wekker die op mijn zilveren nachtkastje stond. ‘Althans, bijna dan.’ verbeterde ze zichzelf. Geschrokken keek ik op de wekker en zag dat het kwart over acht was.
‘Fuck.’ vloekte ik schaamteloos en stapte zo snel als ik kon uit bed. Ik duwde mijn moeder opzij en liep de badkamer in. Met een blik in de spiegel zag ik dat mijn haar niet te redden viel en voor het gemak deed ik mijn blonde haren in een paardenstaart. Ik voelde mijn hoofd ontzettend kloppen maar toch moest ik door. Snel smeerde ik een laagje lipglos op mijn volle roze lippen en veegde wat dagcrème uit op mijn gezicht. Ik pakte zo wel een fris pepermuntje, tijd om mijn tanden te poetsen had ik niet meer. Haastig liep ik weer terug naar mijn kamer, gelukkig was mijn moeder alweer verdwenen. Ik trok de deur van mijn inloop kast open en pakte het eerste de beste zomerjurkje dat ik kon vinden en graaide een paar schoenen van de plank. Zonder te kijken of het wel bij elkaar paste griste ik mijn witte tas van het tafeltje en keek of al mijn spullen er in zaten. Ik zag licht van mijn mobiel afkomen, ik had een sms’je. Ik klapte mijn mobiel open en zocht er naar. Het was Riley, hij me kwam op halen met de limo. Met een gerust hart stopte ik de mobiel terug in de tas en liep met een normaal tempo naar beneden. Er lagen verse croissantjes met jam klaar op een schaal en ik stopte er een in mijn mond. Hongerig pakte ik er nog een en legde deze op een dienblad, samen met een glas water en een paracetamol. Behendig slikte ik de paracetamol door. Mijn hoofd bonkte al minder maar toch zocht ik in mijn tas naar een zonnebril en ik zette hem op. Door een blik in de spiegel werd ik er van bewust dat ik net een clown was met een mislukte outfit.
Tijd om me daar druk over te maken had ik niet, ik hoorde de toeter van de limousine.
04 - Riley
Verbaasd keek ik naar mijn best vriend die zorgeloos in de limousine stapte. Berend zat me kijken en trekt een wenkbrauw op.
‘Wat?’ vroeg hij.
‘Ik wil niet veel zeggen maar het is bijna zomervakantie.’ zei ik spottend en ik wees naar zijn kleren. ‘Ik geloof best dat het binnen koel is door de airconditioning, maar buiten is het toch echt twintig graden.’ zei ik spottend. Berend lachte en keek naar zijn eigen kleding.
‘Shit.’ vloekte hij. Ik graaide wat is mijn tas en smeet een T-shirt naar hem toe.
‘Je mag hem wel even lenen.’ zei ik en gaf hem een knipoog. Gerustgesteld ging Berend naast me zitten en wisselde het shirt voor zijn trui.
‘We halen de rest ook even op.’ stelde ik hem op de hoogte. ‘Scott heeft bij Julie geslapen smste hij net dus dat is een huis minder.’ zei ik lachend.
‘Scott heeft bij Julie geslapen.’ zei Berend geschokt. Ik lachte om zijn gezicht.
‘Niet in een bed, samen met zijn moeder.’ stelde ik hem gerust. Berend gezicht kreeg een andere uitdrukking en hij liet zich relaxt achterover in de bank zakken.
‘Dat zou Julie vast niet leuk hebben gevonden.’ zei hij tegen mij. Ik haalde mijn schouders op en probeerde niet te blozen toen ik haar naam hoorde.
‘We komen er straks wel achter.’ zei ik tegen hem en gaf de chauffeur een seintje. We hoorde een getoeter, al snel klopte er iemand ongeduldig op een van de ramen. Vrolijk stapte Gwen de auto in.
‘Jullie zijn mijn redding!’ riep ze enthousiast en gaf eerst Berend een zoen op zijn wang daarna kwam ze naar mij toe. Toen ze me een zoen gaf draaide ik snel mijn hoofd zodat ze me op mijn mond kuste. Snel trok Gwen zich van me weg.
‘Viezerik.’ riep ze naar me en gaf me een mep met haar tas. Gwen duwde mij en Berend uit elkaar en propte zicht toen tussen ons in. Ze keek ons blij aan.
‘Nog drie dagen!’
ps. ik kan toch geen dt doen want het is verledentijd!
?
